Onze berichtgeving in de Amerikaanse editie van centrale.be over Vlaamse politici die weigerden een eenvoudige Rosh Hashana‑groet te sturen—met het argument dat dit “in de huidige omstandigheden” niet opportuun zou zijn—heeft de buitenlandse pers gehaald. Dat is op zichzelf al veelzeggend: een beleefdheidsboodschap aan een minderheidsgemeenschap werd politiek explosief, en de daaropvolgende uitleg (“we scheiden religie en mandaat”) botst frontaal met jarenlange praktijk van dezelfde kabinetten die katholieke scholen wel bezoeken en religieuze feestdagen publiekelijk markeren. Het signaal is helder: voor Joodse Vlamingen gelden plots andere regels of beter gezegd, beginnen andere tijden.
De breuk die het hardst aankomt
Het doet extra pijn omdat het vooral gaat om partijen die lang dicht bij de Joodse gemeenschap stonden en die electorale steun daar niet zelden als “eigen” beschouwden. Wie zijn kiezers jarenlang aanspreekt als bondgenoten, maar op het moment suprême wegkijkt, staat dichter bij normalisering van antisemitisme dan bij principes. Dat komt harder aan dan voorspelbare statements van ideologische opponenten; daarvan kennen we de houding al decennialang. Verraad door ‘vrienden’ weegt zwaarder dan vijandigheid door tegenstanders.
De politiek verschuilt zich, het debat verhardt
Een terugkerend patroon tekent zich af, in Vlaanderen én ver daarbuiten. Politici verschuilen zich achter geopolitieke stormen om binnenlandse verantwoordelijkheden te ontlopen. “Niet opportuun” wordt zo een vrijgeleide om geen ruggengraat te tonen. Eerst volgt ontwijking, daarna rationalisering: praat over “neutraliteit” en “scheiding” vervangt de simpele erkenning dat een gemeenschap in ons land respect verdient—ook wanneer internationale spanningen oplopen.
De stilte van notabelen: zelfbescherming die schaadt
Dat patroon werkt alleen wanneer de gemeenschap zichzelf het zwijgen oplegt. We herkennen het: Joodse notabelen die denken dat stilzwijgen hun positie veiliger maakt—niet tegenover machtige kabinetten, maar tegenover medegemeenschapsleden die wél hun stem verheffen. Het doet denken aan de oude allegorie van twee mannen en een beer: sommigen proberen vooral sneller te lopen dan de ander in de hoop dat de vertraging hun eigen vel zal redden. Maar niemand loopt hard genoeg om het antisemitisme voor te blijven. Zwijgen koopt geen veiligheid; het verkoopt medeburgers.
Een onthullende casus
Toen we publiceerden, klopten Joodse politici onmiddellijk aan. Een vertegenwoordiger van de provincieraad meldde eerst dat de betrokken politicus “op verlof” was en het kabinetsantwoord niet kende, maar dat de nieuwjaarswens er sowieso zou komen. Toen duidelijk werd dat die er níet kwam, volgde een tweede boodschap: nu ons artikel breed gelezen werd, “kan een ontmoeting niet meer”. De impliciete les: zwijgen en slikken had beter geweest. Dat is geen leiderschap.
Verkozenen hebben een plicht—geen uitvlucht
Een eenvoudige norm zou richting moeten geven: wie stemmen vraagt, draagt verantwoordelijkheid voor zijn kiezers wanneer het moeilijk wordt. Een verkozene is er niet om een kwetsbare minderheid “in toom te houden” wanneer partijstrategen zenuwachtig worden; hij of zij is er om die minderheid te beschermen, ook—juist—tegen eigen partijdruk. Neutraliteit betekent gelijkheid van maatstaven, niet selectieve stilte.
De bredere Vlaamse erfenis
Wie denkt dat het allemaal wel overwaait, vergeet dossiers die Vlaanderen al jaren tarten: de schuldvraag rond de NMBS in oorlogstijd, de nog altijd niet afgehandelde kwestie van door nazi’s geroofde kunst in Belgische musea. Deze nalatigheden tonen wat wegkijken oplevert: gestolde onrechtvaardigheid. Sommigen kiezen intussen voor een leven elders maar houden wel vast aan posities in Joodse instellingen hier. Dat lijkt op een “regering in ballingschap” zonder mandaat met de Stichting van het Jodendom als grootste voorbeeld. Gemeenschap is geen titel die je op afstand onderhoudt; het is verantwoordelijkheid op het plein.
Niet opnieuw de stilte in
De geschiedenis leert ons één les die elke generatie pijnlijk opnieuw lijkt te moeten leren: zwijgen temt het antisemitisme niet, het voedt het. Een Rosh Hashana‑groet is geen geopolitiek instrument; het is een teken van respect voor buren. Het afwijzen ervan—met wisselende excuses—maakt een samenleving kouder en minder eerlijk.
Wij kiezen dus duidelijk positie. We laten ons niet wegzetten als “onopportuun” en we laten ons niet monddood maken door procedure en pr‑angst. We gaan niet in stilte de nacht van het antisemitisme in.
Ontvang het laatste nieuws
Abonneer je op onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte! Ontvang als eerste het laatste nieuws in je inbox:
