De “Groep van Wijzen” die in opdracht van de Belgische overheid en de NMBS het spoorwegdossier rond de deportatietreinen onderzocht, levert volgens de Stichting Nico Gunzburg en de Koninklijke Vereniging der Joodse Gemeenten geen “rapport der wijzen”, maar een rapport der schande. Hun werk toont aan dat de NMBS niet alleen logistieke steun bood aan de nazi-machinerie tussen 1942 en 1944, maar daar ook nog voor werd betaald. Het was dus geen gedwongen dienst maar een winstgevende onderneming die bijdroeg aan de massamoord op Belgische en buitenlandse Joden.
Juridische betekenis van excuses
In het huidige Belgische aansprakelijkheidsrecht, geconsolideerd in Boek 6 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, is schuld (of fout) de basisvoorwaarde om schadevergoeding op te leggen. Zodra de dader zijn fout uitdrukkelijk erkent, wordt het voor het slachtoffer overbodig het onrecht nog te bewijzen; de discussie verschuift automatisch naar omvang en vorm van herstel. Nu de NMBS op 22 april 2025 publiek heeft aangekondigd haar historische verantwoordelijkheid te “betreuren”, heeft zij de facto haar schuld erkend. In juridische zin is een verontschuldiging dus meer dan een symbolische geste: het is een bindende schuldbekentenis. De Stichting Nico Gunzburg is al partij in twee juridische dossiers tegen het NMBS en de Belgische Staat.
Die schuldbekentenis activeert de volledige reparatieplicht die ook uit het internationaal recht vloeit. De Chorzów Factory-norm van het Internationaal Gerechtshof en de VN-Principes over Herstel (2005) bepalen dat ernstige mensenrechtenschendingen geen gedeeltelijke of louter symbolische genoegdoening verdragen. Herstel heeft drie gelijke pijlers: satisfaction (excuses, herdenking), compensatie (financieel) én waar mogelijk restitutio in integrum. Alleen samen vormen zij “full reparation”.
Bovendien verjaren oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid niet. De Belgische staat kan dus vandaag nog burger- en strafrechtelijke stappen ondernemen, of een regeling à la SNCF/NS sluiten. Daarbij komt dat de NMBS tijdens de oorlog per gedeporteerde werd vergoed – omgerekend vandaag ongeveer 21 miljoen euro. Dat is letterlijk misdaadgeld dat volgens artikel 43 quinquies van het Strafwetboek kan worden verbeurdverklaard. Het mag niet stilzwijgend in de kas van een publiek bedrijf blijven zitten.
Internationale precedenten
Nederlandse, Franse en Zwitserse voorbeelden maken duidelijk hoe spoor- en financiële instellingen elders wél zowel moreel als financieel boetten:
- NS (Nederland) betaalde sinds 2019 tussen 5 000 en 15 000 euro per overlevende of nabestaande.
- SNCF (Frankrijk) stortte in 2014 een fonds van 60 miljoen dollar.
- De Zwitserse banken en de Duitse industrie richtten het fonds Erinnerung, Verantwortung und Zukunft op.
Zulke precedenten bevestigen dat excuses slechts de inleiding waren; herstel kwam pas toen het bloedgeld werd teruggegeven.
Routekaart voor een Belgisch herstelmechanisme
- Publiek-rechtelijk fonds. De historische transportopbrengst – minstens 21 miljoen euro – vormt het startkapitaal, aangevuld met jaarlijkse dividendoverschrijvingen.
- Individuele compensatie. Een gestroomlijnde procedure moet elk nog levende slachtoffer of erfgenaam een forfaitair bedrag toekennen, sneller dan in de Nederlandse regeling.
- Collectieve herleving. Een deel van het fonds financiert onderwijs, sociale zorg, cultureel erfgoed en beveiliging van Joodse instellingen.
- Transparantie. Volledige openstelling van NMBS-archieven en een rondreizende educatieve tentoonstelling.
- Parlementair toezicht. Een commissie met sanctiebevoegdheid hoort erop toe te zien dat de NMBS haar plichten nakomt.
Geen wegvlucht in de geopolitiek
Argumenten dat “de huidige internationale spanningen” herstel bemoeilijken, zijn juridisch irrelevant. Misdaden tegen de menselijkheid zijn jus cogens: geen enkel intern nationaal belang, noch economische druk, kan die plicht opschorten. België pleit zelf internationaal voor herstelmechanismen – denk aan restitutie van koloniaal erfgoed – en moet consequent blijven.
Conclusie
De aangekondigde excuses zijn noodzakelijk, maar ze vormen zelf al de formele schulderkenning. Dat maakt geldelijke en structurele compensatie onvermijdelijk. Zolang de NMBS geen substantiële, transparant beheerde herstelregeling uitwerkt, blijft het bloedgeld rood en het onrecht onverzoend. Daarom blijft de Stichting Nico Gunzburg, zonodig voor de rechtbank, eisen dat de NMBS én de Belgische staat hun volle verantwoordelijkheid dragen, het verleden rechtzetten en de Joodse gemeenschap in België actief helpen herleven.

Ontvang Breaking News
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte! Ontvang als eerste het laatste nieuws in je mailbox: